Opnieuw archeologische vondsten?

8 juni 2019

Dat was de vraag toen in de week van Hemelvaart de afrondende graafwerkzaam­heden werden verricht om op het gewenst niveau te komen om de nieuwe vloer aan te kunnen brengen. Nadat er een tweetal proefsleuven werden gegraven en hier 'sporen' werden gevonden werd verondersteld dat rondom de meest oostelijke proefsleuf, de kans groot was dat er archeologische vondsten zouden worden gedaan. 

Onder begeleiding van de archeoloog werd op dinsdag 28 mei gestart met de werkzaamheden. Langzaam en laagje voor laagje werd er gegraven. Heel voorzichtig om eventuele schade te voorkomen. En iedere keer, wanneer men wat vond of het zandpakket een afwijkende kleur had, werd de kraan stilgezet en werd er door de archeoloog verder onderzoek gedaan. 

Ten oosten van de grafkelder werd een noord-zuid en oost-west georiënteerde baan met bakstenen aangetroffen die vermoedelijk als bescherming heeft gediend voor CV leidingen. Vlak bij de grafkelder werd een verbindingsmuur aangetroffen. Het is niet duidelijk of deze muren samen een ingang hebben gevormd tot de grafkelder, omdat de vermoedelijke opening juist aan de westzijde van de grafkelder zou zitten. Mogelijk zijn de muren aangebracht ter versteviging van de kelder of hebben ze een fundering voor een altaar gevormd, aldus de begeleidende archeoloog. 

De bovenzijde van de grafkelder werd vrijgemaakt door het zand te verwijderen.  Er werd geconstateerd dat het gewelf sterk verzakt is. De gebogen bovenzijde had namelijk niet de constructief meest voor de hand liggende straal. Ook de in het graf aanwezige houten balk lijkt hier op te wijzen. Daarnaast was er aan beide zijden van het gewelf metselwerk aangebracht om een, min of meer, gelijk oppervlak te verkrijgen. 

In de zuidelijke zijbeuk, nabij de Royaardsbank, zijn twee funderingen van moerasijzererts aangetroffen, een materiaal dat vanaf de late middeleeuwen werd toegepast als fundering en muurwerk, waaronder ook in kerken. Over een exacte datering kan vooralsnog weinig gezegd worden, aldus de archeoloog, vanwege het gebrek aan dateerbaar vondstmateriaal. De sporen in de zuidelijke zijbeuk bestaan verder uit ingravingskuilen langs de funderingen en kuilen die vermoedelijk zijn veroorzaakt tijdens de renovatiewerkzaamheden in 1939 of na 1945, gezien de hoeveelheid puin in de sporen. Direct ten zuidwesten van het koor is een oost-west georiënteerd, rechthoekig spoor herkend dat als mogelijk graf kan worden aangeduid. 

In de noordelijke zijbeuk (tegen Philalethes) zijn drie rechthoekige sporen met een oost-west oriëntatie als mogelijk graf geïnterpreteerd. Een van de sporen bevatte botresten. Daarnaast zijn enkele ingravingskuilen langs funderingen aangetroffen.

> Lees meer over de vloerrenovatie
> Bekijk de foto's


Dit is een nieuwsbericht van het college van kerkrentmeesters

Meer informatie:
W. van de Kleut
06 52 55 35 62
wvandekleut@hervormdscherpenzeel.nl

Terug naar de vorige pagina

Terug naar het nieuwsoverzicht